De gemeenteraad
Gelet op de verspreiding van het COVID-19 virus (coronavirus) binnen Europa en België;
Gelet op de richtlijnen van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur ivoor vergaderingen van lokale bestuursorganen;
Gelet op het besluit van de burgemeester van 9 november 2020 om de zittingen van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn digitaal te laten doorgaan tot nader order;
Overwegende dat de burgemeester, op grond van de artikelen 134, §1, juncto 135, §2, van de nieuwe gemeentewet bevoegd is voor de vrijwaring van de openbare orde (zijnde rust, veiligheid en gezondheid) op openbare en publiek toegankelijke plaatsen; dat in het kader van voornoemde artikelen de burgemeester eveneens in dringende omstandigheden maatregelen kan uitvaardigen voor de organisatie van de vergaderingen van lokale bestuursorganen;
Overwegende dat ingevolgen de gunstige evolutie van de coronabesmettingen de vergaderingen van de gemeenteraad en van de raad voor maatschappelijk welzijn opnieuw fysiek kunnen doorgaan; dat het daarbij essentieel is dat op dat moment de geldende richtlijnen rond hygiëne en social distancing gerespecteerd worden;
Overwegende echter dat op de locatie waar de vergaderingen volgens het huishoudelijk reglement doorgaan, het niet mogelijk is om de regels van social distancing te garanderen indien publiek wordt toegelaten;
Overwegende om de zittingen te laten doorgaan in de kleuterspeelzaal van gemeentelijke basisschool De Vlinderdreef met adres te Zwaaikom 1, 9180 Moerbeke om de regels van social distancing te garanderen;
Gelet op het besluit van de burgemeester van 21 juni 2021 houdende de opheffing van het besluit van 9 november 2020 en houdende de beslissing om de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn fysiek te laten doorgaan in de kleuterspeelzaal van gemeentelijke bassisschool De Vlinderdreef te Zwaaikom 1 en tot nader order de publieksplaatsen te beperken tot tien plaatsen.
27 augustus 2020 en houdende beslissing om de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn fysiek te laten doorgaan in de kleuterspeelzaal van gemeentelijke bassisschool De Vlinderdreef te Zwaaikom 1 en tot nader order de publieksplaatsen te beperken tot tien plaatsen.
Overwegende dat overeenkomstig artikel 134 §1 van de nieuwe gemeentewet dergelijke politieverordening uitgevaardigd door de burgemeester onverwijld ter kennisgeving aan de gemeenteraad wordt bezorgd en de gemeenteraad het besluit moet bekrachtigen,
Art. 1. Het besluit van de burgemeester van 21 juni 2021 houdende de opheffing van het besluit van 9 november 2020 en houdende de beslissing om de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn fysiek te laten doorgaan in de kleuterspeelzaal van gemeentelijke bassisschool De Vlinderdreef te Zwaaikom 1 en tot nader order de publieksplaatsen te beperken tot tien plaatsen, te bekrachtigen.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur meer bepaald artikel 32 e.v.;
Gelet op de omzendbrief betreffende het bestuurlijk toezicht en de bekendmakingsplicht in het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Overwegende dat de notulen van de zitting van 25 mei 2021 ter goedkeuring worden voorgelegd,
Art. 1. De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 25 mei 2021 goed te keuren.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekening-stelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 26 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van de gegevens van de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Overwegende dat de vaststelling van de jaarrekening behoort tot de bevoegdheid van de raad; dat de raad deze bevoegdheid niet kan delegeren (art. 41, tweede lid, 3° en art. 78, tweede lid, 4° DLB);
Overwegende dat de jaarrekening altijd wordt behandeld in openbare zitting; dat de raad in de loop van het eerste semester van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft, zich uitspreekt over de vaststelling van de jaarrekening;
Overwegende dat ieder raadslid een exemplaar van de jaarrekening 2020, samen met de verplichte bijlagen, heeft ontvangen, alsook een exemplaar van het jaarverslag;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van de jaarrekening en nadat de raden zo het beleidsrapport ieder voor hun deel hebben vastgesteld, de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goedkeurt; dat door die goedkeuring het beleidsrapport in zijn geheel geacht wordt definitief vastgesteld te zijn (art. 249, §3, eerste lid DLB);
Overwegende dat overeenkomstig de organieke decreten en het BVR BBC, de jaarrekening qua structuur, vorm en inhoud gelijkaardige delen omvat als het meerjarenplan en de aanpassingen ervan; dat de jaarrekening een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting omvat (art. 260, tweede lid DLB); dat de informatie van de algemene boekhouding (de balans en de staat van opbrengsten en kosten) vervat zit in de financiële nota; dat finaal het ontwerp ook bijkomende documentatie bevat of een verwijzing waar de bijkomende documentatie vlot geraadpleegd kan worden;
Overwegende dat het ontwerp van de jaarrekening en het jaarverslag ter kennis werd gebracht in de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 7 juni 2021,
Art. 1. De jaarrekening gedeelte gemeente Moerbeke over het dienstjaar 2020 samen met de verplichte bijlagen, vast te stellen zoals opgemaakt door de financieel directeur.
art. 2. Kennis te nemen van het jaarverslag over het dienstjaar 2020.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en deze jaarrekening volgens de geldende regelgeving te bezorgen aan de toezichthoudende overheid, zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekening-stelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 26 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van de gegevens van de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Overwegende dat de vaststelling van de jaarrekening behoort tot de bevoegdheid van de raad; dat de raad deze bevoegdheid niet kan delegeren (art. 41, tweede lid, 3° en art. 78, tweede lid, 4° DLB);
Overwegende dat de jaarrekening altijd wordt behandeld in openbare zitting; dat de raad in de loop van het eerste semester van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft, zich uitspreekt over de vaststelling van de jaarrekening;
Overwegende dat ieder raadslid een exemplaar van de jaarrekening 2020, samen met de verplichte bijlagen, heeft ontvangen, alsook een exemplaar van het jaarverslag;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van de jaarrekening en nadat de raden zo het beleidsrapport ieder voor hun deel hebben vastgesteld, de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goedkeurt, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn; dat door die goedkeuring het beleidsrapport in zijn geheel geacht wordt definitief vastgesteld te zijn (art. 249, §3, eerste lid DLB);
Overwegende dat overeenkomstig de organieke decreten en het BVR BBC, de jaarrekening qua structuur, vorm en inhoud gelijkaardige delen omvat als het meerjarenplan en de aanpassingen ervan; dat de jaarrekening een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting omvat (art. 260, tweede lid DLB); dat de informatie van de algemene boekhouding (de balans en de staat van opbrengsten en kosten) vervat zit in de financiële nota; dat finaal het ontwerp ook bijkomende documentatie bevat of een verwijzing waar de bijkomende documentatie vlot geraadpleegd kan worden;
Overwegende dat het ontwerp van de jaarrekening en het jaarverslag ter kennis werd gebracht in de zitting van het vast bureau van 7 juni 2021;
Overwegende dat de gemeenteraad op 29 juni 2021 de jaarrekening 2020 voor het gedeelte gemeente Moerbeke heeft vastgesteld; dat de raad voor maatschappelijk welzijn op 29 juni 2021 de jaarrekening voor het gedeelte van OCMW Moerbeke heeft vastgesteld,
Art. 1. Het deel van het beleidsrapport goed, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, goed te keuren. Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn conform artikel 249, §3, eerste lid van het DLB.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur 22 december 2017, inzonderheid artikel 40, § 1-2;
Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, artikelen 67 en 68;
Gelet op het Koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de hulpverleningszones;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 oktober 2020 houdende goedkeuring van de gemeentelijke dotatie 2021 aan de Hulpverleningszone Centrum;
Overwegende dat de zoneraad van Hulpverleningszone Centrum op 23 oktober 2020 de begroting voor het dienstjaar 2021 heeft goedgekeurd; dat voor onze gemeente volgende dotaties opgenomen waren:
- exploitatie: € 243.362,89;
- investeringen: € 25.654,19;
- bijdrage voor de pensioenen: € 909,35;
Overwegende dat de initiële begroting van de hulpverleningszone werd bijgestuurd;
Overwegende dat de aanpassingen tot gevolg hebben dat de gemeentelijke dotaties opgenomen in de begrotingswijziging voor het jaar 2021 dalen;
Overwegende dat de aangepaste dotaties van de gemeenten aan de hulpverleningszone dienen goedgekeurd te worden door de gemeenteraad; dat in functie van het ontwerp van de begrotingswijziging en de door de gemeenten aanvaarde verdeelsleutel volgende dotaties worden toegekend aan de Hulpverleningszone Centrum:
- exploitatie: € 230.987,63;
- investeringen: € 24.746,99;
- bijdrage voor de pensioenen: € 909,35;
Overwegende dat de goedkeuring van de toezichthoudende overheid vereist is opdat de begroting uitvoerbaar zou zijn; dat het bestuurlijk toezicht daarom een afschrift van de gemeenteraadsbesluiten betreffende de dotaties aan de zone dient te ontvangen,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan de aangepaste dotatie 2021 voor de hulpverleningszone Centrum, zijnde:
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken aan brandweer Zone Centrum, en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Overwegende dat de gemeente Moerbeke deel uitmaakt van de Interlokale Vereniging "Burensportdienst Waasland";
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 26 maart 2019 houdende goedkeuring van de nieuwe overeenkomst;
Gelet op de artikelen 13 en 15 van de voornoemde overeenkomst;
Overwegende dat de verslagen van de vergaderingen van het beheerscomité aan de participerende gemeenten worden toegestuurd;
Overwegende dat de jaarrekening van de interlokale vereniging jaarlijks ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad van de deelnemende gemeenten; dat samen met de jaarrekening aan de gemeenten een jaarverslag ter beschikking wordt gesteld;
Overwegende dat het jaarverslag samen met de rekening aan de gemeenteraad ter goedkeuring wordt voorgelegd;
Gelet op de transparante samenwerking tussen de verschillende gemeenten van de Burensportdienst Waasland;
Overwegende dat het wenselijk is om het verslag van de Algemene Vergadering van 17 maart 2021 en de jaarrekening 2020 goed te keuren,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan het verslag van de Algemene Vergadering van 17 maart 2021 en de jaarrekening 2020 van de Burensportdienst Waasland.
Art. 2. Deze beslissing mee te delen aan de Interlokale Vereniging "Burensportdienst Waasland" en bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 219, lid 2 van het decreet lokaal bestuur de algemeen directeur aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau, de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn rapporteert over het organisatiebeheersingssysteem uiterlijk op 30 juni van het daaropvolgende jaar;
Overwegende dat in dit rapport een overzicht wordt gegeven van de stand van zaken van de acties die zijn uitgevoerd in het kader van organisatiebeheersing in 2020 en de planning voor 2021,
Art. 1. Kennis te nemen van het rapport organisatiebeheersing over het jaar 2020.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de het feit dat de gemeente na de aankoop in 2008 van de woning, Opperstraat 101, overgegaan is tot de afbraak van de woning in 2012; dat ter vrijwaring van de gevels van de twee aanpalende woningen in afwachting van de bouw van een nieuwe woning, beschermende maatregelen zijn genomen;
Overwegende dat de verkoop van de grond pas kon doorgaan na een lange procedure om subsidies te bekomen via de SHM voor de afbraak en de nieuwbouw, waarbij uiteindelijk beslist werd de grond op de private markt te verkopen;
Gelet op de éénzijdige aankoopbelofte, ondertekend op 15 december 2020;
Overwegende dat er tussen 2012 en 2020 regelmatig klachten waren van de aangrenzende buur (4Ward) dat er vochtinsijpeling was via de wachtgevel; dat de aannemer die de afbraakwerken heeft uitgevoerd, wel degelijk een bescherming geplaatst had tegen de wachtgevel, maar dit was niet voorzien voor zo’n lange periode;
Overwegende dat de aangrenzende buur de verzekering en een expert had ingeschakeld; dat de voorgestelde vergoeding door de verzekeringsmaatschappij van de gemeente (Ethias) niet aanvaard werd;
Overwegende dat de zaak aanhangig werd gemaakt bij de rechtbank van eerste aanleg;
Overwegende dat alle partijen akkoord waren de zaak voor de rechtbank uit te stellen teneinde partijen toe te laten alsnog een minnelijke expertise uit te voeren met het oog op het bereiken van een eventuele minnelijke regeling tussen partijen;
Gelet op het minnelijk plaatsbezoek d.d. 9 februari 2021;
Overwegende dat partijen tot een minnelijke regeling zijn gekomen; dat deze minnelijke regeling dient vastgelegd te worden in een dadingsovereenkomst welke wederzijdse toegevingen bevat;
Overwegende dat door het afsluiten van een dadingsovereenkomst mits conforme en correcte uitvoering ervan, de partijen definitief, onherroepelijk en onvoorwaardelijk afstand doen van alle aanspraken en/of vorderingen die zij op heden of in de toekomst ten aanzien van elkaar hebben met betrekking tot het geschil;
Gelet op het voorstel van dadingsovereenkomst,
Art. 1. Akkoord te gaan met het voorstel van dadingsovereenkomst in het geschil omtrent de schade aan de aanpalende gevels, af te sluiten tussen de partijen de heer Mathieu Cappaert, de firma 4Ward, de gemeente Moerbeke en de verzekeringsmaatschappij Ethias.
Art. 2.Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het Vlaams decreet van 24 december 2004 met het oog op het behalen van de Europese Doelstellingen voor de Kaderrichtlijn Water;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 139.000,00 niet) en artikel 43;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;
Gelet op de overeenkomst RIO-P van 16 juni 2009 waarbij de gemeente haar gemeentelijk rioleringsstelsel en al haar rechten daarop overdraagt aan de VMW en de latere overeenkomst met RioPact;
Gelet op het investeringsprogramma/optimalisatieprogramma 2021-2031 van Aquafin waar volgende werken zijn gepland: MOE3023 Moerbeke, Regenwateras Bloemenwijk; dat deze werken worden geraamd op € 537.062 en niet gesubsidieerd worden, maar ten laste zijn van het RioPact-budget;
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om, ter gelegenheid van deze werken, een parkgebied aan te leggen langs de fietssnelweg tussen Statiestraat en Terwestvaart;
Gelet op de studieopdracht toevertrouwd aan SWECO en de overeenkomst van 18 maart 2020 tussen Aquafin en SWECO; dat Moerbeke, in toepassing van de samenwerkingsovereenkomst van 16 juni 2009 tussen de gemeente Moerbeke en Aquafin, de studieopdracht eveneens dient toe te vertrouwen aan SWECO; dat dit kan middels het toevoegen van een addendum aan de overeenkomst van 18 maart 2020,
Art. 1. Een addendum aan de overeenkomst van 18 maart 2020 tussen Aquafin en SWECO af te sluiten tussen Aquafin, SWECO en de gemeente Moerbeke voor de aanleg van een parkgebied langs de fietssnelweg tussen Statiestraat en Terwestvaart.
Art. 2. De burgemeester en de algemeen directeur te machtigen dit addendum namens de gemeente te ondertekenen.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken aan de financieel directeur en op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 144.000,00 niet);
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Overwegende dat de huidige overeenkomst met de busmaatschappijen voor het leerlingenvervoer, het zwemvervoer en het vervoer van de schooluitstappen voor de GBS “De Vlinderdreef” maar ook voor de Vrije Basisschool “De Palster” op 30 juni 2021 ten einde loopt;
Overwegende dat in het kader van de opdracht “Busvervoer scholen” een bestek werd opgesteld;
Overwegende dat deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:
* Perceel 1 (zwemvervoer), raming: € 155,66 excl. btw of € 165,00 incl. 6% btw per rit;
* Perceel 2 (uitstappen), raming: € 1,51 excl. btw of € 1,60 incl. 6% btw per km;
Overwegende dat de totale uitgave moeilijk kan geraamd worden, maar dat voldoende krediet zal worden voorzien;
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in 0800-00/6136200,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan het bestek “busvervoer scholen”. Dat de lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
Art. 2. Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art. 3. Voor de voorziene uitgaven krediet voorzien op artikel 0800-00/6136200.
Art. 4. Deze beslissing bekend te maken aan de directies van de desbetreffende scholen en van de financieel directeur, en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de brief van de Vlaamse minister van Wonen van 23 oktober 2020 en de aanvullende brief van 18 maart 2021;
Gelet op het ontwerpdecreet Woonmaatschappijen, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering op 5 maart 2021;
Gelet op de kadernota regiovorming goedgekeurd door de Vlaamse regering op 12 maart 2021 die voorziet in de definitieve indeling in 17 referentieregio’s;
Overwegende dat tegen 1 januari 2023 de sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) en de sociale verhuurkantoren (SVK’s) één woonactor moeten vormen met maar één speler per gemeente: de woonmaatschappij;
Overwegende dat elke woonmaatschappij in een uniek, niet-overlappend werkingsgebied moet opereren; dat de eerste stap erin bestaat om het werkingsgebied te vormen;
Overwegende dat de Vlaamse regering heeft beslist dat voor de vorming van de woonmaatschappijen de regio moet samenvallen met de definitieve afbakening van de 17 referentieregio’s zoals bepaald door de Vlaamse regering op 12 maart 2021;
Overwegende dat de stad Lokeren, de gemeente Waasmunster en de gemeente Moerbeke de intentie hebben geuit om samen 1 grote woonmaatschappij te vormen tegen 2023 conform de bepalingen zoals opgenomen in het ontwerpdecreet Woonmaatschappijen;
Gelet op het voorstel van intentieverklaring;
Overwegende dat deze intentieverklaring dient gedragen te worden door de respectievelijke gemeenteraden,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan de intentieverklaring tussen de stad Lokeren, de gemeente Waasmunster en de gemeente Moerbeke om samen 1 grote woonmaatschappij te vormen.
Art. 2. De stad Lokeren en de gemeente Waasmunster van deze beslissing in kennis te stellen.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het decreet betreffende de basisbereikbaarheid van 26 april 2019;
Gelet op de beleidsnota 2019-2024 van Mobiliteit en Openbare Werken waarin de opmaak van een Masterplan Toegankelijkheid is opgenomen, een actieplan voor het toegankelijk maken van de halte-infrastructuur;
Gelet op de doelstellingen van het Masterplan Toegankelijkheid:
Overwegende dat de lokale besturen een belangrijke partner zijn in de aanpak van de (her)aanleg van toegankelijke haltes; dat maar liefst 62% van de huidige haltes langs gemeentewegen ligt;
Gelet op de lancering van een charter ‘Masterplan toegankelijkheid haltes’ samen met de vereniging van Vlaamse steden en gemeenten (VVSG);
Overwegende dat onze gemeente zich kan engageren om op een proactieve manier de doelstellingen van het Masterplan Toegankelijkheid te realiseren en om bij elke investering in het openbaar domein een toegankelijkheidstoets te doen;
Overwegende dat het Masterplan ‘Toegankelijke Haltes’ in een subsidie voorziet van € 5.000 per halte die toegankelijk aangelegd wordt,
Art. 1. Het charter ‘Masterplan toegankelijkheid haltes’ te ondertekenen en zich te engageren:
• Om mee de doelstelling van het Masterplan toegankelijkheid te realiseren op het domein van haar grondgebied.
• Een toegankelijkheidstoets uit te voeren bij elke investering in het openbaar domein.
• De communicatie over dit initiatief met haar inwoners te verzorgen via de gemeentelijke kanalen.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en te bezorgen aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Afdeling beleid – Masterplan toegankelijkheid, Graaf de Ferrarisgebouw, Koning Albert II laan 20 (bus 2), 1000 Brussel (mobipunten@mow.vlaanderen.be).
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikelen 27,28,33,37,54 en 172 quinquies;
Gelet op het decreet van 18 april 2018 betreffende de leerlingenbegeleiding in het basisonderwijs, het secundair onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;
Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 21 december 1998 betreffende het uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs;
Overwegende de ministeriële omzendbrief van 21 juni 2017 betreffende samenstelling ondersteuningsnetwerken in het basis en secundair onderwijs ;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 8 februari 2002 betreffende informatie bij eerste inschrijving en schoolreglement;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 22 juni 2007 betreffende kostenbeheersing in het basisonderwijs;
Gelet op het advies van de schoolraad van 27 april 2021,
Art. 1. Het bestaande schoolreglement gewoon basisonderwijs goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 30 juni 2020 op te heffen.
Art. 2. Het aangepast schoolreglement gewoon basisonderwijs goed te keuren en dit met ingang van 1 september 2021.
Art. 3. De meer specifieke regels en afspraken door het college van burgemeester en schepenen te laten opnemen in de infobrochure.
Art. 4. Het schoolreglement gewoon basisonderwijs en de infobrochure bij elke inschrijving van een leerling en nadien bij elke wijziging ter beschikking te stellen aan de ouders, die ondertekenen voor akkoord, hetzij op papier, hetzij via een elektronische drager.
Art. 5. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de directie en het personeel van de gemeentelijke basisschool De Vlinderdreef en deze beslissing ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Namens Gemeenteraad,
Karin Van de Sompel
Algemeen directeur
Peter De Bock
Voorzitter