Besluit Gemeenteraad

di 20/12/2022 - 19:45

Aanvullende belasting op de personenbelasting.

Aanwezig: Robby De Caluwe, Voorzitter
Stijn Deschepper, Sarah Poppe, Koen Mertens, Peter De Bock, Schepenen
Lut van de Vijver, Inge Mertens, Frederic Dierinck, Nicole Stevelinck, Martine Dieleman, Tom Hillaert, Annelie Van Hecke, Kathleen Plasschaert, Beatrice De Schepper, Lotfi Benhalima, Veronique Van Peperstraten, Gemeenteraadsleden
Karin Van de Sompel, Algemeen directeur

Verontschuldigd: Barbara Put, Adjunct algemeen directeur

Afwezig: Marc Cossaer, Gemeenteraadslid

De gemeenteraad

Gelet op het decreet lokaal bestuur;

Gelet op de Grondwet, inzonderheid de artikelen 41, 162 en 170, § 4;

Gelet op het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992, inzonderheid de artikelen 465-470/2;

Gelet op de omzendbrief van de Vlaamse regering van 15 februari 2019 over de gemeentelijke fiscaliteit;

Gelet op de financiële toestand van de gemeente,

Publieke stemming

Aanwezig: Robby De Caluwe, Stijn Deschepper, Sarah Poppe, Koen Mertens, Peter De Bock, Lut van de Vijver, Inge Mertens, Frederic Dierinck, Nicole Stevelinck, Martine Dieleman, Tom Hillaert, Annelie Van Hecke, Kathleen Plasschaert, Beatrice De Schepper, Lotfi Benhalima, Veronique Van Peperstraten, Karin Van de Sompel

Voorstanders: Robby De Caluwe, Stijn Deschepper, Sarah Poppe, Koen Mertens, Peter De Bock, Lut van de Vijver, Inge Mertens, Frederic Dierinck, Nicole Stevelinck, Martine Dieleman, Tom Hillaert, Annelie Van Hecke, Kathleen Plasschaert, Beatrice De Schepper, Lotfi Benhalima, Veronique Van Peperstraten

Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.

Besluit

Art. 1. Voor het aanslagjaar 2023 een aanvullende gemeentebelasting te vestigen ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

Art. 2. De belasting vast te stellen op 7 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar en deze belasting te vestigen op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

Art. 3. Dat de vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting door het toedoen van het bestuur der directe belastingen zullen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992.

Art. 4. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.