De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur meer bepaald artikel 32 e.v.;
Gelet op de omzendbrief betreffende het bestuurlijk toezicht en de bekendmakingsplicht in het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en het Provinciedecreet van 9 december 2005;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Overwegende dat de notulen van de zitting van 31 mei 2022 ter goedkeuring worden voorgelegd,
Art. 1. De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 31 mei 2022 goed te keuren met uitzondering agendapunt 10 : verkoop deel van overwelfde waterloop - goedkeuring verkoopakte, dat in het huidige zitting wordt ingetrokken en opnieuw ter stemming wordt voorgelegd.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekening-stelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 26 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van de gegevens van de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Overwegende dat de vaststelling van de jaarrekening behoort tot de bevoegdheid van de raad; dat de raad deze bevoegdheid niet kan delegeren (art. 41, tweede lid, 3° en art. 78, tweede lid, 4° DLB);
Overwegende dat de jaarrekening altijd wordt behandeld in openbare zitting; dat de raad in de loop van het eerste semester van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft, zich uitspreekt over de vaststelling van de jaarrekening;
Overwegende dat ieder raadslid een exemplaar van de jaarrekening 2021, samen met de verplichte bijlagen, heeft ontvangen, alsook een exemplaar van het jaarverslag;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van de jaarrekening en nadat de raden zo het beleidsrapport ieder voor hun deel hebben vastgesteld, de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goedkeurt; dat door die goedkeuring het beleidsrapport in zijn geheel geacht wordt definitief vastgesteld te zijn (art. 249, §3, eerste lid DLB);
Overwegende dat overeenkomstig de organieke decreten en het BVR BBC, de jaarrekening qua structuur, vorm en inhoud gelijkaardige delen omvat als het meerjarenplan en de aanpassingen ervan; dat de jaarrekening een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting omvat (art. 260, tweede lid DLB); dat de informatie van de algemene boekhouding (de balans en de staat van opbrengsten en kosten) vervat zit in de financiële nota; dat finaal het ontwerp ook bijkomende documentatie bevat of een verwijzing waar de bijkomende documentatie vlot geraadpleegd kan worden;
Overwegende dat het ontwerp van de jaarrekening en het jaarverslag ter kennis werd gebracht in de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 13 juni 2022,
Art. 1. De jaarrekening gedeelte gemeente Moerbeke over het dienstjaar 2021 samen met de verplichte bijlagen, vast te stellen zoals opgemaakt door de financieel directeur.
art. 2. Kennis te nemen van het jaarverslag over het dienstjaar 2021.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en deze jaarrekening volgens de geldende regelgeving te bezorgen aan de toezichthoudende overheid, zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 23 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekening-stelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 26 november 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2013 betreffende de digitale rapportering van de gegevens van de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Overwegende dat de vaststelling van de jaarrekening behoort tot de bevoegdheid van de raad; dat de raad deze bevoegdheid niet kan delegeren (art. 41, tweede lid, 3° en art. 78, tweede lid, 4° DLB);
Overwegende dat de jaarrekening altijd wordt behandeld in openbare zitting; dat de raad in de loop van het eerste semester van het boekjaar dat volgt op het boekjaar waarop de rekening betrekking heeft, zich uitspreekt over de vaststelling van de jaarrekening;
Overwegende dat ieder raadslid een exemplaar van de jaarrekening 2021, samen met de verplichte bijlagen, heeft ontvangen, alsook een exemplaar van het jaarverslag;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van de jaarrekening en nadat de raden zo het beleidsrapport ieder voor hun deel hebben vastgesteld, de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goedkeurt, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn; dat door die goedkeuring het beleidsrapport in zijn geheel geacht wordt definitief vastgesteld te zijn (art. 249, §3, eerste lid DLB);
Overwegende dat overeenkomstig de organieke decreten en het BVR BBC, de jaarrekening qua structuur, vorm en inhoud gelijkaardige delen omvat als het meerjarenplan en de aanpassingen ervan; dat de jaarrekening een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting omvat (art. 260, tweede lid DLB); dat de informatie van de algemene boekhouding (de balans en de staat van opbrengsten en kosten) vervat zit in de financiële nota; dat finaal het ontwerp ook bijkomende documentatie bevat of een verwijzing waar de bijkomende documentatie vlot geraadpleegd kan worden;
Overwegende dat het ontwerp van de jaarrekening en het jaarverslag ter kennis werd gebracht in de zitting van het vast bureau van 13 juni 2022;
Overwegende dat de gemeenteraad op 28 juni 2022 de jaarrekening 2021 voor het gedeelte gemeente Moerbeke heeft vastgesteld; dat de raad voor maatschappelijk welzijn op 28 juni 2022 de jaarrekening voor het gedeelte van OCMW Moerbeke heeft vastgesteld,
Art. 1. Het deel van het beleidsrapport goed, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, goed te keuren. Door deze goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn conform artikel 249, §3, eerste lid van het DLB.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 219, lid 2 van het decreet lokaal bestuur de algemeen directeur aan het college van burgemeester en schepenen, het vast bureau, de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn rapporteert over het organisatiebeheersingssysteem uiterlijk op 30 juni van het daaropvolgende jaar;
Overwegende dat in dit rapport een overzicht wordt gegeven van de stand van zaken van de acties die zijn uitgevoerd in het kader van organisatiebeheersing in 2021 en de planning voor 2022,
Art. 1. Kennis te nemen van het rapport organisatiebeheersing over het jaar 2021.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de erediensten, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013;
Gelet op de omzendbrief BB 2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst;
Gelet op de meerjarenplanning 2020-2025 goedgekeurd in de gemeenteraadszitting van 17 december 2019;
Gelet op het budget 2021 van de kerkfabriek Sint-Antonius Abt besproken in de gemeenteraad van 24 november 2020;
Overwegende dat de kerkfabrieksraad de jaarrekening 2021 voor advies voorlegt aan de gemeenteraad,
Art. 1. Gunstig advies te verlenen aan de jaarrekening 2021 als volgt:
Exploitatie ontvangsten |
€ 3.256,85 |
Exploitatie uitgaven |
€ 22.355,48 |
Negatief saldo eigen dienstjaar |
€ - 19.098,63 |
Overschot |
€ 13.008,40 |
Exploitatie voor toelage |
€ - 6.090,23 |
Toelage |
€ 30.748,88 |
Overschot exploitatie |
€ 24.658,65 |
Investeringsontvangsten |
€ 0,00 |
Investeringsuitgaven |
€ 0,00 |
Toelage |
€ 0,00 |
Overschot |
€ 11.393,11 |
Resultaat |
€ 11.393,11 |
Art. 2. Deze beslissing te hechten aan de jaarrekening 2021 welke er integraal deel van uitmaakt.
Art. 3. Een voor eensluidend verklaard uittreksel van deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012;
Gelet op het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de erediensten, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013;
Gelet op de omzendbrief BB 2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst;
Gelet op de beslissing van de kerkraad Sint Antonius Abt van 17 december 2021 houdende voorstel tot budget 2022 met de toelichting;
Gelet op de meerjarenplanning 2020-2025 zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 28 januari 2020;
Overwegende dat de gemeentelijke bijdrage in het budget de grenzen van het bedrag, opgenomen in het meerjarenplan, niet overschrijdt; dat derhalve het budget 2022 dan nog enkel ter kennisgeving aan de gemeenteraad wordt voorgelegd,
Art. 1. Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint Antonius Abt als volgt:
exploitatie ontvangsten |
€ 2.226,00 |
exploitatie uitgaven |
€ 34.075,00 |
Negatief saldo eigen dienstjaar |
€ -31.849,00 |
Gecorrigeerd overschot |
€ 12.003,28 |
Negatief saldo voor toelage |
€ - 19.845,72 |
De gemeentelijke toelage bedraagt € 19.845,72.
Investeringsontvangsten |
€ 100.076,68 |
Investeringsuitgaven |
€ 100.076,68 |
Overschot investeringen |
€ 0,00 |
Art. 2. Deze beslissing te hechten aan het budget 2022 welke er integraal deel van uitmaakt.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 40, § 1-2;
Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, inzonderheid de artikelen 67 en 68;
Gelet op het Koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de hulpverleningszones;
Overwegende dat de zoneraad van Hulpverleningszone Centrum op 25 oktober 2021 de begroting voor het dienstjaar 2022 heeft goedgekeurd; dat voor onze gemeente de in de begroting 2022 opgenomen dotaties als volgt waren:
Overwegende dat net als de vorige jaren de initiële begroting van de hulpverleningszone wordt bijgestuurd; dat na de bespreking ervan in de begrotingscommissie op 3 juni 2022 het college van de hulpverleningszone op 3 juni 2022 het ontwerp van de begrotingswijziging voor het dienstjaar 2022 goedkeurde;
Overwegende dat de begrotingswijziging 2022 voornamelijk een technische bijsturing betreft; dat een belangrijke aanpassing van de begroting het verwerken van het begrotingsresultaat van 2021 betreft; dat het begrotingsresultaat van in totaal 2,8 miljoen euro in deze budgetwijziging geristorneerd wordt naar de verschillende gemeenten volgens het aandeel van iedere gemeente in dit resultaat (m.a.w. volgens de verdeelsleutel voor het jaar 2021); dat het ristorno zal verwerkt worden via de uitgavenkredieten van de zone en bijgevolg los staat van de hieronder vermelde gewijzigde dotatie;
Overwegende dat een andere belangrijke wijziging de aanpassing van de personeelsbegroting aan de recente evoluties inzake de wedde-index betreft; dat de voorliggende begrotingswijziging rekening houdt met een aanpassing van deze index in de maand februari, april, juni en december 2022, conform de laatste verwachtingen van het Federaal Planbureau; dat naar aanleiding van de hoge inflatie ook de energiekosten (elektriciteit en gas voor de kazernes van de zone, alsook de brandstoffen voor de voertuigen) worden bijgestuurd;
Overwegende dat andere aanpassingen betrekking hebben op de ontvangstenzijde; dat globaal beschouwd de verwachte ontvangsten uit retributies en subsidies naar boven worden bijgestuurd;
Overwegende dat bovenstaande aanpassingen tot gevolg hebben dat de gemeentelijke dotaties, dewelke als sluitpost van de begroting van de hulpverleningszone dienen, herberekend moeten worden; dat het gevolg is dat de gemeentelijke exploitatiedotaties stijgen en de investeringsdotaties min of meer ongewijzigd kunnen blijven;
Overwegende dat de bijdragen van de gemeenten voor de financiering van de pensioenen niet wijzigen;
Overwegende dat de gewijzigde dotaties van de gemeenten aan de hulpverleningszone dienen goedgekeurd te worden door de gemeenteraad; dat in functie van het ontwerp van de begrotingswijziging en de door de gemeenten aanvaarde verdeelsleutel voor het jaar 2022 door de gemeente Moerbeke volgende dotaties worden toegekend aan de Hulpverleningszone Centrum:
Overwegende dat de definitieve goedkeuring van de begrotingswijziging 2022 door de zoneraad is gepland op 29 juni 2022;
Overwegende dat de goedkeuring van de toezichthoudende overheid is vereist opdat de begrotingswijziging uitvoerbaar zou zijn; dat het bestuurlijk toezicht daarom een afschrift van de gemeenteraadsbesluiten betreffende de dotaties aan de zone dient te ontvangen om de begrotingswijziging voor het dienstjaar 2022 definitief te kunnen goedkeuren,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan de gewijzigde dotaties 2022 voor de hulpverleningszone Centrum, zijnde € 257.089,00 voor de exploitatie-uitgaven en € 27.485,00 voor de investeringsuitgaven en € 843,61 voor de pensioenen.
Art. 2. Een voor eensluidend verklaard uittreksel van dit besluit ter kennis te brengen aan de Hulpverleningszone Centrum en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 oktober 2018 houdende goedkeuring toetreding en ondertekening auditcharter vanuit het belang van een (interne) audit en evaluatie, met de daaruit volgende aanbevelingen en verbetervoorstellen (tips & tricks, goede praktijken zoals bekend bij andere lokale organisaties), als instrument om de werking en de beheerscontrole te verbeteren;
Overwegende dat Audio op 15 juni 2010 is opgericht als een vereniging in het kader van titel 8 (hoofdstuk 1) van het OCMW-decreet;
Overwegende dat de vereniging Audio uitsluitend werkt voor vennoten-leden;
Gelet op de statuten van Audio;
Gelet op de algemene vergadering van 20 mei 2022;
Overwegende dat het verslag van de algemene vergadering ter kennisgeving wordt voorgelegd aan de vennoten-leden,
Art. 1. Kennis te nemen van het verslag van de algemene vergadering van Audio van 20 mei 2022.
Art. 2. Een voor eensluidend verklaard uittreksel van deze beslissing toe te zenden aan Audio, en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 oktober 2018 houdende goedkeuring toetreding en ondertekening auditcharter vanuit het belang van een (interne) audit en evaluatie, met de daaruit volgende aanbevelingen en verbetervoorstellen (tips & tricks, goede praktijken zoals bekend bij andere lokale organisaties), als instrument om de werking en de beheerscontrole te verbeteren;
Overwegende dat Audio op 15 juni 2010 is opgericht als een vereniging in het kader van titel 8 (hoofdstuk 1) van het OCMW-decreet;
Overwegende dat de vereniging Audio uitsluitend werkt voor vennoten-leden;
Gelet op de statuten van Audio;
Gelet op de jaarrekening van Audio goedgekeurd door de algemene vergadering van 20 mei 2022;
Overwegende dat de jaarrekening ter kennisgeving wordt voorgelegd aan de vennoten-leden,
Art. 1. Kennis te nemen van de jaarrekening 2021 van Audio.
Art. 2. Een voor eensluidend verklaard uittreksel van deze beslissing toe te zenden aan Audio, en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikel 482, tweede lid, dat de instemming van alle deelgenoten vereist voor de toetreding van nieuwe deelgenoten;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 oktober 2018 houdende onze toetreding tot de welzijnsvereniging Audio;
Gelet op de vraag vanwege stad Dendermonde om toe te treden tot de vereniging Audio, zoals blijkt uit de notulen van de gemeenteraad van 8 juni 2021;
Gelet op de vraag vanwege gemeente Sint-Gillis-Waas om toe te treden tot de vereniging Audio, zoals blijkt uit de notulen van de gemeenteraad van 28 oktober 2021;
Gelet op de groeistrategie goedgekeurd door de algemene vergadering Audio van 25 juni 2021;
Gelet op het verzoek van de vereniging Audio, om de toetreding van stad Dendermonde en gemeente Sint-Gillis-Waas formeel goed te keuren,
Art. 1. De toetreding goed te keuren van de stad Dendermonde tot de vereniging Audio.
Art. 2. De toetreding goed te keuren van gemeente Sint-Gillis-Waas tot de vereniging Audio.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op artikel 40 en volgende van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Gelet op decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 2021 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen;
Gelet op de Vlaamse Codex Wonen van 2021 (VCW);
Gelet op het besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW);
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 29 juni 2021 houdende goedkeuring aan de intentieverklaring tussen de stad Lokeren, de gemeente Waasmunster en de gemeente Moerbeke om samen 1 grote woonmaatschappij te vormen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 26 oktober 2021 houdende advisering van om tot een werkingsgebied met Lokeren en Waasmunster te behoren en houdende advisering om de stemrechten pro rata het aantal sociale woonentiteiten per gemeente te verdelen;
Overwegende dat het voorstel tot werkgebied werd goedgekeurd door de Minister, bij besluit van de Vlaamse regering van 4 februari 2022 en vastgelegd als Waasland-West, zijnde de gemeenten Lokeren, Moerbeke en Waasmunster, na advies van de respectieve gemeenteraden;
Overwegende dat na de verkenningsfase en (tussentijdse) beleidskeuzes het traject voor de woonmaatschappij werd bepaald; dat in eerste instantie opdracht werd gegeven aan de betrokken sociale huisvestingsmaatschappij cvba Tuinwijk om – in nauw overleg met de lokale besturen – de gekozen richting vorm te geven;
Overwegende dat door de stuurgroep opgericht i.h.k.v. de vorming van de woonmaatschappij en door de sociale huisvestingsmaatschappij cvba Tuinwijk wordt gevraagd om tegen uiterlijk eind juni 2022 een advies uit te brengen over de aanvraag tot erkenning als woonmaatschappij, alsmede over de lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering; dat de erkenningsaanvraag en adviesvraag aan de gemeenteraad een strategisch plan omvat dat o.a. de lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering aantoont;
Overwegende dat in het traject naar het vormen van een eengemaakte woonmaatschappij voor het werkingsgebied tegen 1 januari 2023, sociale huisvestingsmaatschappijen die er in slagen om aan alle voorwaarden tot erkenning als woonmaatschappij te voldoen, ofwel door zich zelf om te vormen tot woonmaatschappij, ofwel door een herstructurering (fusie, splitsing…) door te voeren met een andere woonmaatschappij of met een sociale huisvestingsmaatschappij, en die kan aantonen dat die zich kan omvormen tot woonmaatschappij, een aanvraag kunnen indienen tot erkenning als woonmaatschappij; dat zij daartoe een aanvraag moet indienen bij het agentschap Wonen-Vlaanderen en dat daarbij de aanvragende sociale huisvestingsmaatschappij moet aantonen dat ze zich uiterlijk op 31 december 2022 zal kunnen omvormen tot woonmaatschappij;
Overwegende dat de lokale besturen van het werkingsgebied geacht worden advies te geven over de erkenningsaanvraag van de woonmaatschappij, in het bijzonder omtrent de lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering;
Overwegende dat de erkenningsaanvraag en adviesvraag aan de gemeenteraad een strategisch plan omvat, zoals deel uitmaakt van deze beslissing als bijlage, dat o.a. de lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering aantoont;
Overwegende dat de nieuwe woonmaatschappij actief zal zijn en evenwichtig zal optreden in de gemeenten van het werkingsgebied, binnen een netwerk van welzijnsorganisaties en andere partners, elk met hun eigen expertise en kerntaken; dat de lokale besturen Lokeren, Moerbeke en Waasmunster daarbij belangrijke partners zijn als lokale besturen – aandeelhouder in het werkingsgebied;
Overwegende dat de woonmaatschappij zal werken als performante en autonome vennootschap die het lokaal beleid binnen het werkingsgebied loyaal mee zal uitvoeren; dat ze hiertoe o.a. actief zal participeren in het LWO en bij de opmaak van het LTR (voor het werkingsgebied en eventuele deelgebieden); dat de betrokken actoren samen ervoor zorgen dat – tijdens én na de vorming van de woonmaatschappij – de kandidaten, kopers en huurders de garantie hebben op een uitstekende dienstverlening en de nabijheid en bereikbaarheid van de woonmaatschappij;
Overwegende dat de lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering tevens verankerd wordt in de visie van de woonmaatschappij;
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen,
Art. 1. De gemeenteraad neemt kennis van de aanvraag tot erkenning van (de huidige sociale huisvestingsmaatschappij, cvba die omgevormd zal worden tot BV) Tuinwijk als woonmaatschappij.
Art. 2. De gemeenteraad geeft een gunstig advies omtrent deze erkenningsaanvraag tot woonmaatschappij voor het werkingsgebied waarvan zij deel uitmaakt.
Art. 3. De gemeenteraad stelt in het kader van de procedure vermeld in artikel 4.98 §1 tweede lid, 2°, punt k van het BVCW van 2021 vast dat de aldus te vormen woonmaatschappij zal zorgen voor voldoende lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering.
Art. 4.Een voor eensluidend verklaard uittreksel van deze beslissing te bezorgen aan Tuinwijk, de stad Lokeren en de gemeente Waasmunster en en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het burgerlijk wetboek, inzonderheid artikel 1582 tot en met 1701;
Gelet op het decreet ruimtelijke economie van 13 juli 2012, zoals gewijzigd tot heden;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten;
Gelet op het Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Suikerfabrieksite en omgeving, definitief vastgesteld op 28 februari 2018;
Gelet op de omgevingsvergunning voor het tijdelijk hernieuwen van de milieuvergunning voor de exploitatie van de gemeentewerf en het recyclagepark, verleend door het college van burgemeester en schepenen op 8 november 2021 voor de duur van 3 jaar (tot 4 juli 2025);
Overwegende dat deze vergunning niet meer verlengbaar is voor deze locatie;
Overwegende dat voor de verdere uitbating van het recyclagepark een nieuwe locatie vereist is; dat het in opmaak zijnde gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Gedeeltelijke herziening Suikerfabrieksite een zone voor verweefbare lokale bedrijvigheid voorziet waarin deze activiteiten mogelijk zijn;
Gelet op de contacten met de eigenaar van een perceel, gelegen in de geplande zone voor verweefbare lokale bedrijvigheid; dat overeengekomen is om een grondenruil te doen waarbij de gemeente haar eigendom, waar heden het recyclagepark gelegen is, zal ruilen met een perceel in de zone voor verweefbare lokale bedrijvigheid;
Gelet op het verslag van schatting en opmeting van de heer Koen Leroux, landmeter-expert, Bernheimlaan 7, 9050 Gent, als volgt:
Gelet op het ontwerp van notariële ruilakte, opgemaakt door notariskantoor BV Notarissen Noord, geassocieerde notarissen, met zetel te 9960 Assenede, Leegstraat 25/A;
Overwegende dat de gemeente voor de ruil een oplegsom verschuldigd is van € 250.000,00,
Art.1. Goedkeuring te verlenen aan het ontwerp van notariële akte met betrekking tot de ruil van het perceel, gelegen te Moerbeke, Damstraat 219, kadastraal gekend onder sectie D 0689 MP0000 met een oppervlakte van 6.296 m², heden eigendom van de gemeente, gekend als het recyclagepark en geschat op een waarde van € 1.006.000,00 met het perceel gelegen te Moerbeke, Opperstraat, kadastraal gekend onder sectie H deel van nr. 0715 R2P000 met een oppervlakte van 10.652 m², gesitueerd in bouwveld 3 van het PRUP Suikerfabrieksite en omgeving, heden eigendom van BV Dulce Canalis en geschat op een waarde van € 1.492.000,0 mits een oplegsom te betalen door de gemeente van € 250.000,00 aan de BV Dulce Canalis.
Art. 2. Vast te stellen de akte ondertekend wordt door de voorzitter van de gemeenteraad en door de algemeen directeur of, bij verhindering, de adjunct algemeen directeur.
Art. 3. Deze beslissing ter kennis te brengen van de financieel directeur en van de notaris en deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het burgerlijk wetboek, Boek III, Titel VIII ‘Huur’;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten;
Gelet op het Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Suikerfabrieksite en omgeving, definitief vastgesteld op 28 februari 2018;
Gelet op de omgevingsvergunning voor het tijdelijk hernieuwen van de milieuvergunning voor de exploitatie van de gemeentewerf en het recyclagepark, verleend door het college van burgemeester en schepenen op 8 november 2021 voor de duur van 3 jaar (tot 4 juli 2025);
Overwegende dat deze vergunning niet meer verlengbaar is voor deze locatie;
Overwegende dat voor de verdere uitbating van het recyclagepark een nieuwe locatie vereist is; dat het in opmaak zijnde gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Gedeeltelijke herziening Suikerfabrieksite een zone voor verweefbare lokale bedrijvigheid voorziet waarin deze activiteiten mogelijk zijn;
Gelet op ons besluit van heden houdende goedkeuring van de ruilakte waarbij het perceel waar heden het recyclagepark gelegen is, geruild wordt met een perceel, gelegen in de geplande zone voor verweefbare lokale bedrijvigheid op de voormalige Suikerfabrieksite;
Overwegende dat na de ondertekening van de akte het recyclagepark wel nog tijdelijk op de huidige locatie blijft tot een nieuw recyclagepark kan uitgebouwd worden op de nieuwe locatie;
Overwegende dat voor het verder gebruik van het perceel – waardoor de koper niet onmiddellijk het genot krijgt – de betaling van een huurprijs wordt afgesproken, ten bedrage van € 4.000/maand;
Overwegende dat hiervoor een huurovereenkomst moet worden afgesloten,
Art. 1. Een huurovereenkomst af te sluiten voor het perceel grond met bestaande constructies (gemeenteloods, containerpark), gelegen te 9180 Moerbeke-Waas, Damstraat 219 voor onbepaalde duur aan een maandelijks huurbedrag van € 4.000 en volgens de voorwaarden zoals opgenomen in de overeenkomst.
Art. 2. Vast te stellen dat de verkoopakte ondertekend wordt door de voorzitter van de gemeenteraad en door de algemeen directeur of, bij verhindering, de adjunct algemeen directeur.
Art. 3. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet);
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;
Gelet op ons besluit van heden houdende goedkeuring van de ontwerpakte voor de ruil van het perceel, Damstraat 219, waar het recyclagepark gevestigd is met een perceel gelegen op de suikersite;
Overwegende dat deze ruil is ingegeven door de vaststelling dat de vergunning van het recyclagepark slechts tijdelijk is op de huidige locatie en derhalve een andere locatie dient voorzien te worden;
Overwegende dat, gelet op de beperkte looptijd van de vergunning, reeds een opdracht voor de aanstelling van een ontwerper kan worden goedgekeurd met het oog op de aanleg van een nieuw recyclagepark en de bouw van een nieuwe loods;
Gelet op het voorstel van bestek voor de opdracht “Aanstellen ontwerper voor de aanleg van een nieuw recyclagepark en de bouw van een nieuwe loods”;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 133.195,87;
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in A.5.3.1 / 0300-00/2140000,
Art. 1. Goedkeuring te verlenen aan het bestek en de raming voor de opdracht “Aanstellen ontwerper voor de aanleg van een nieuw recyclagepark en de bouw van een nieuwe loods”, opgesteld door de dienst Secretariaat. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 133.195,87.
Art. 2. Bovengenoemde opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art. 3. De uitgave voor deze opdracht te voorzien op A.5.3.1 / 0300-00/2140000.
Art. 4. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, gewijzigd bij decreet van 20 april 1994;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake afvalvoorkoming en –beheer (VLAREA) en zijn wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 september 2016 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan huishoudelijke afval en gelijkaardig bedrijfsafval 2016-2022;
Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op art. 119 en 119bis;
Gelet op het GAS-reglement;
Overwegende dat het ter bescherming van het leefmilieu noodzakelijk is het ontstaan van afvalstoffen tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen;
Overwegende dat prioriteit dient verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen;
Overwegende dat in tweede instantie het afval maximaal selectief dient ingezameld te worden;
Overwegende dat het gebruik van herbruikbare bekers het restafval dat ontstaat bij het gebruik van wegwerpbekers, sterk kan doen afnemen;
Gelet op de raamovereenkomst die IDM heeft afgesloten met de firma Goodless voor herbruikbare bekers en cateringmateriaal;
Overwegende dat de gemeente als deelnemer van de intercommunale mee kan instappen in de raamovereenkomst;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 maart 2017 'politieverordening betreffende het organiseren van evenementen';
Overwegende dat door de nieuwe raamovereenkomst en de nieuwe normen terzake, het aangewezen is een nieuw politiereglement op te maken;
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om dezelfde bedongen tarieven van IDM toe te passen en het gebruik van de herbruikbare bekers als norm te beschouwen;
Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om de huidige financiële tussenkomst in goed sorteergedrag te heroriënteren naar een financiële tegemoetkoming van 50% per beker met een maximum van € 500;
Gelet op het advies van de jeugdraad van 9 juni 2022;
Overwegende dat de sportraad en het feestcomité geen advies hebben bezorgd,
Art. 1. Volgend Politiereglement betreffende het organiseren van evenementen goed te keuren.
Art. 2. Het gemeenteraadsbesluit van 28 maart 2017 'politieverordening betreffende het organiseren van evenementen' op te heffen.
Art. 3.Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN
Afdeling 1 - Definities en toepassingsgebied
Artikel 1. De begrippen en definities vermeld in het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, evenals deze vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA) en in het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne zijn steeds van toepassing op dit politiereglement.
Artikel 2. Voor de toepassing van dit politiereglement gelden bijkomend de hierna opgenomen definities:
Evenement: publieke gebeurtenis met al dan niet betalende bezoekers/deelnemers op het gebied van kunst, cultuur, sport, feesten, kermis op publiek of op privaat terrein. Voorbeelden zijn kermissen, braderijen, muziekfestivals, stad-, gemeente-, dorp- of wijkfeesten, markten, sportmanifestaties, …
Exploitant: de exploitant van een vergunde inrichting waar een evenement wordt georganiseerd. Indien voor het terrein of gebouw waar een evenement plaatsvindt geen omgevingsvergunning vereist is, is de exploitant de eigenaar van het terrein of gebouw dat ter beschikking wordt gesteld aan de organisator van het evenement. Op het openbaar domein is dit het bevoegde openbare bestuur.
Organisator: de publieke of private rechtspersoon of natuurlijke persoon die een evenement organiseert.
Herbruikbare beker: beker uit kunststof al dan niet voorzien met logo en/of tekstopdruk die ontworpen is om meerdere keren gebruikt te worden, en telkens opnieuw wordt gevuld met drank. Hierbij kan al dan niet gewerkt worden met een waarborgsysteem waarbij de organisator sowieso moet zorgen voor een maximale recuperatie van de herbruikbare bekers.
Parkeerterrein: terrein of plaats gelegen in de nabijheid van een evenement dat bestemd is voor het parkeren van de voertuigen van de evenementbezoekers.
Afdeling 2 – Afvalarme evenementen
Artikel 3. Elke exploitant van een inrichting, terrein of gebouw waar een evenement wordt georganiseerd, is verplicht, voor zover hijzelf geen organisator is, om de organisatoren van evenementen op zijn inrichting, terrein of gebouw de bepalingen van dit politiereglement te laten naleven. Deze verplichting zorgt dat de exploitant/organisator een goed afvalbeleid uitwerkt, met de nadruk op afvalpreventie, de selectieve inzameling van recycleerbaar afval en het vermijden van zwerfvuil.
Afdeling 3 – Afvalbeleid voor evenementen
Artikel 4.
§1. De organisator van een evenement werkt steeds een afvalbeleid uit voor het evenement. In het afvalbeleid wordt aandacht besteed aan volgende elementen:
a) een beschrijving van de preventiemaatregelen;
b) een beschrijving van de afvalfracties die zullen vrijkomen bij opbouw, afbraak en tijdens het evenement zelf;
c) beschrijving van de eventuele afspraken gemaakt met standhouders die op de locatie van het evenement verbruiksgoederen te koop aanbieden op het terrein;
d) een beschrijving van de maatregelen tegen zwerfvuil;
e) een beschrijving van de opruiming van het evenemententerrein.
Bij de aanvraag voor een evenement dient steeds de nodige info te worden opgenomen over het afvalbeleid van het evenement.
HOOFDSTUK II. PREVENTIE VAN AFVALSTOFFEN
Afdeling 4 - Algemene preventiebepalingen
Artikel 5. Het verkopen van verbruiksgoederen en andere koopwaar gebeurt steeds verpakkingsarm. Afval kan voorkomen worden door het aantal aangeboden verpakkingen te beperken, door te schenken uit vaten of grootverpakkingen, door gebruik te maken van consumentverpakkingen die herbruikbaar zijn. Wegwerpverpakkingen dienen maximaal vermeden te worden.
Artikel 6. Op het evenement mogen geen gadgets, foldertjes, flyers, strooibiljetten, consumptieartikelen (glazen recipiënten en wegwerpverpakkingen) of andere wegwerpmaterialen verspreid worden.
Artikel 7. De exploitant/organisator voorziet in de (gratis) bedeling van drinkwater op de voor het evenement ingerichte tijdelijke campings. Deze bedeling gebeurt bij voorkeur door (mobiele) drinkwaterfonteinen.
Afdeling 5 – Het gebruik van herbruikbare bekers en cateringmateriaal
Artikel 8.
§1 Het VLAREMA verbiedt vanaf 1 januari 2020 bij evenementen het serveren van drank in recipiënten voor eenmalig gebruik (wegwerpbekers, blikjes, PET-flesjes, …).
Het gemeentebestuur heeft beslist d.d 25 april 2022 dat de uitzonderingsbepaling, zoals voorzien in het VLAREMA, voor organisatoren die een inzamelsysteem opzetten voor recipiënten voor eenmalig gebruik niet langer kan worden toegepast. Er geldt m.a.w. een volledig verbod op het gebruik van wegwerprecipiënten bij het schenken van dranken. Het betreft dan zowel wegwerp bekers, alsook éénmalige drankverpakkingen zoals blik, plastic flesjes of glazen flesjes zonder statiegeld.
§2 De organisator geeft aan hoe hij aan deze verplichting zal voldoen en met welk retoursysteem men zal werken om de bekers maximaal te recupereren.
Artikel 9.
§1. Organisatoren van publieke evenementen die doorgaan in de gemeente Moerbeke kunnen om aan deze verplichting te voldoen, indien gewenst, gebruik maken van de faciliteiten die hiervoor worden aangeboden door de afvalintercommunale IDM. Een beperkt aantal bekers kunnen ontleend worden bij IDM zelf waarbij de organisator zelf instaat voor transport en reiniging. Men kan ook gebruik maken van een afgesloten raamovereenkomst die afgesloten werd door IDM met een private partner voor het ontlenen en afwassen van herbruikbare bekers en cateringmateriaal. Deze bekers worden industrieel afgewassen. De waskosten worden hiervoor aangerekend volgens vastgelegde tarieven die kunnen geraadpleegd worden via www.idm.be/evenementen. Ook de bestelling kan via dit kanaal gebeuren.
De bekers kunnen worden afgehaald bij de private partner of kunnen tegen betaling geleverd en opgehaald worden.
§2. De gemeente Moerbeke ondersteunt organisatoren bij het nakomen van deze preventiemaatregel door een subsidie toe te kennen. Organisaties kunnen 50 % van de waskost aangerekend door het bedrijf dat door IDM werd aangesteld in het kader van de raamovereenkomst gesubsidieerd krijgen door de gemeente na aanvraag en dit met een maximum van 500 EUR/jaar. De subsidie geldt niet voor de transportkosten of de kost voor verloren of beschadigde bekers.
Artikel 10. Evenementen die georganiseerd worden door het lokale bestuur dienen ook voor het aanbieden van bereide voedingsmiddelen herbruikbaar cateringmateriaal te gebruiken met een volledig verbod op wegwerpverpakkingen voor deze. Ook aan andere organisatoren wordt aanbevolen om ook voor voeding een minimum aan verpakkingen te gebruiken en zoveel mogelijk herbruikbaar te werken.
HOOFDSTUK III. SELECTIEVE INZAMELING VAN AFVALSTOFFEN
Artikel 11.
§1. Het afval dat vrijkomt bij de organisatie van het evenement dient gesorteerd te worden door de organisator of door de standhouders. Hiervoor kunnen ze gebruik maken van de recipiënten die ter beschikking gesteld worden door IDM. Deze recipiënten moeten minimum 3 weken voor het evenement bij IDM worden aangevraagd, aanvragen kunnen doorgestuurd worden via www.idm.be/e-loket. De facturatie van deze recipiënten wordt na het evenement rechtstreeks aangerekend aan de organisator van het evenement.
Een overzicht van de verschillende afvalrecipiënten en de van toepassing zijnde tarieven kan steeds worden geraadpleegd op www.idm.be/evenementen of kan worden bekomen bij het gemeentebestuur of bij IDM.
§2. Bijkomend aan de verplichting van §1 geldt eveneens de plicht op het sorteren van het vrijgekomen afval op de tijdelijke parkeerterreinen en tijdelijke campings die ter gelegenheid van een evenement worden ingericht.
§3. Ook voor de bezoekers van het evenement dienen voldoende afvalrecipiënten gemakkelijk bereikbaar te zijn die bovendien tijdig geledigd worden door de organisator of standhouder.
§4. Gesorteerd afval (PMD, P&K, GFT, glas, plastic folies, plastic drankdopjes, kurken) wordt niet apart aangerekend tenzij de inhoud van de containers niet correct is, waarna het afval ook wordt aangerekend aan het tarief voor restafval.
§5. De transportkost voor de aangevraagde recipiënten wordt aangerekend volgens volume, dit volgens de bij IDM geldende tarieven (de tarieven kunnen steeds geraadpleegd worden op www.idm.be/evenementen).
HOOFDSTUK IV. OPRUIMEN VAN HET TERREIN VAN EEN EVENEMENT EN DE ONMIDDELLIJKE OMGEVING
Artikel 12. Alle standhouders op een evenement zijn tijdens de duur van het evenement gehouden de hun toegewezen standplaats te reinigen en hun afvalstoffen dagelijks mee te nemen of er zich van te ontdoen via ter beschikking gestelde recipiënten. De ter beschikking gestelde recipiënten worden regelmatig aangeboden voor ophaling.
Artikel 13. De organisator van een evenement moet zo snel mogelijk en ten laatste 1 week na het beëindigen van het evenement het terrein en de eventuele parkeer- en kampeergelegenheden volledig opgeruimd hebben. Mits motivatie kan van deze timing afgeweken worden.
Artikel 14. Indien het terrein van het evenement en de eventuele parkeer- en kampeergelegenheden niet werden opgeruimd dan kan de gemeente ambtshalve de opruiming laten uitvoeren en de factuur voor de opruimkosten, vermeerderd met administratieve kosten via facturatie verhalen op de organisator, dan wel de exploitant.
HOOFDSTUK V. SLOTBEPALINGEN
Artikel 15. De verantwoordelijke van IDM en het gemeentebestuur (de milieudienst of technische dienst of politie) die toezicht uitoefent op de selectieve inzameling en/of de uitvoering van het afvalplan moet gratis toegang worden verleend tot de evenementlocatie. De inbreuken op dit reglement worden gestraft met politiestraffen , voor zover wetten, decreten, algemene of provinciale verordeningen, op dit vlak geen andere straffen voorzien.
De gemeenteraad,
Gelet op de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer van 16 maart 1968;
Gelet op het Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg van 1 december 1975;
Gelet op het ministerieel besluit waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald van 11 oktober 1976;
Gelet op het decreet betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens van 16 mei 2008;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens van 23 januari 2009;
Gelet op de omzendbrief betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie van het wegverkeer van 4 april 2009;
Overwegende dat er ter hoogte van het kruispunt met Schuttershof een oversteekplaats voor voetgangers wordt toegevoegd;
Overwegende dat tevens een aantal verkeersborden dienen voorzien te worden:
Overwegende dat de maatregelen noodzakelijk zijn om het vlot verkeer en de veiligheid van de weggebruikers te verzekeren,
Art. 1. Alle voorgaande aanvullende reglementen betreffende Dorpvaart, behoudens deze met gebiedsdekkend karakter, worden opgeheven.
Art. 2. Voorrangsregeling.
De bestuurders die rijden in Dorpvaart hebben voorrang ten aanzien van de bestuurders die rijden in de openbare wegen die erop uitkomen.
Deze regel wordt ter kennis gebracht door:
Heidewegel;
Meester Antoniusdreef / Heidestraat;
Herdershof;
Drongendreef;
Schuttershof;
Moerhofstraat
Heidewegel, voor het kruispunt met Dorpvaart;
Meester Antoniusdreef, voor het kruispunt met Dorpvaart, aangevuld met het onderbord M10;
Heidestraat, voor het kruispunt met Dorpvaart;
Herdershof, voor het kruispunt met Dorpvaart;
Drongendreef, voor het kruispunt met Dorpvaart (aan de noordelijke tak aangevuld met het onderbord M10);
Schuttershof, voor het kruispunt met Dorpvaart;
Moerhofstraat, voor het kruispunt met Dorpvaart.
Art. 3. Gebodsbepalingen.
Er geldt verplicht fietspad aan beide zijden van de rijbaan vanaf Statiestraat tot voor het kruispunt met Heidewegel. Vanaf Heidewegel betreft het een dubbelrichtingsfietspad aan de pare zijde van Dorpvaart.
Deze regel wordt ter kennis gebracht door het verkeersbord D7:
na het kruispunt met Statiestraat;
ter hoogte van HNR 10 (gericht naar beide rijrichtingen);
ter hoogte van HNR 10A;
aan beide zijden van het kruispunt met Meester Antoiniusdreef;
tegenover Herdershof;
aan beide zijden van het kruispunt met Drongendreef;
tegenover het kruispunt met Schuttershof;
tegenover het kruispunt met Moerhofstraat.
Art. 4. Bepalingen betreffende het stilstaan en parkeren.
Er geldt parkeerverbod aan beide zijden van de rijbaan tussen HNR 5 en de verhoogde inrichting voor het kruispunt met Statiestraat.
Deze regel wordt ter kennis gebracht door een onderbroken gele streep aan beide zijden van de rijbaan tussen HNR 5 en het kruispunt met Statiestraat.
Art. 5. Overlangse markering die een fietspad aanduidt.
Overlangse markeringen die een fietspad aanduiden zijn aangebracht om de fietspaden te verbinden over de kruispunten met:
Meester Antoniusdreef;
Drongendreef.
Art. 6. Oversteekplaatsen.
Oversteekplaatsen voor voetgangers zijn aangebracht:
ter hoogte van het kruispunt met Heidewegel;
ter hoogte van het kruispunt met Meester Antoniusdreef;
ter hoogte van het kruispunt met Drongendreef;
ter hoogte van het kruispunt met Schuttershof.
Art. 7. Verhoogde inrichtingen.
Een verhoogde inrichting in de vorm van een verkeersplateau is aangebracht voor het kruispunt met Statiestraat.
Art. 8. Kennisgeving aan de Vlaamse Overheid.
Dit besluit en haar bijlage(n) worden digitaal ter kennisgeving overgemaakt via het digitaal loket lokale besturen van de Vlaamse Overheid.
Art. 9. Opname in de verkeersbordendatabank.
De in dit besluit omschreven maatregelen moeten zodra mogelijk door de bevoegde dienst worden gepubliceerd in de verkeersbordendatabank.
De gemeenteraad,
Gelet op de nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer van 16 maart 1968;
Gelet op het Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg van 1 december 1975;
Gelet op het ministerieel besluit waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald van 11 oktober 1976;
Gelet op het decreet betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens van 16 mei 2008;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens van 23 januari 2009;
Gelet op de omzendbrief betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie van het wegverkeer van 4 april 2009;
Overwegende dat twee parkeerplaatsen voor kortparkeren (30 min) worden verplaatst naar de overzijde van het plein omwille van organisatorische redenen bij evenementen,
Art. 1. Het aanvullend verkeersreglement van 27 april 2021 betreffende het Peerkeplein wordt opgeheven.
Art. 2. Bepalingen betreffende het stilstaan en parkeren.
Art. 2.1. Afbakening van parkeerzones.
De denkbeeldige rand van de rijbaan is afgebakend aan weerszijden van Peerke-Pleintje. Witte dwarsstrepen bakenen in de aldus gevormde parkeerzones de plaatsen af waar de voertuigen moeten staan.
Art. 2.2. Blauwe zone.
Er geldt blauwe zone op twee parkeerplaatsen met een maximale parkeertijd van 30 minuten. Het gebruik van de parkeerschijf is verplicht.
Deze regel wordt ter kennis gebracht door:
Art. 3. Kennisgeving aan de Vlaamse Overheid.
Dit besluit en haar bijlage(n) worden digitaal ter kennisgeving overgemaakt via het digitaal loket lokale besturen van de Vlaamse Overheid.
Art. 4. Opname in de verkeersbordendatabank.
De in dit besluit omschreven maatregelen moeten zodra mogelijk door de bevoegde dienst worden gepubliceerd in de verkeersbordendatabank.
De Gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2017 betreffende het reglement voor het aanleggen van een oprit op openbaar domein;
Overwegende dat het aanleggen van opritten op openbaar domein niet door de burger zelf mag worden aangelegd;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 26 januari 2021 betreffende het aanleggen van een oprit op openbaar domein;
Overwegende dat na evaluatie van de technische dienst een aantal aanvullingen opportuun zijn;
Gelet op het voorstel van aangepast reglement,
Art. 1. Volgend reglement voor het aanleggen van een oprit op openbaar domein met ingang van heden goed te keuren.
Art. 2. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
REGLEMENT VOOR HET AANLEGGEN VAN EEN OPRIT OP OPENBAAR DOMEIN.
Art. 1. Verhardingswerken op openbaar domein zijn steeds vergunningsplichtig. Voor het aanleggen van verhardingen op openbaar domein dient een aanvraag te worden ingediend, gericht aan het college van burgemeester en schepenen.
De aanvraag moet gebeuren door middel van het aanvraagformulier zoals opgenomen in bijlage bij dit reglement.
- De aanvraag kan slechts ingewilligd worden indien er op het privé gedeelte reeds een oprit ligt bestaande uit duurzaam verharde materialen zoals beton, asfalt, klinkers of kasseien (en niet kiezels, zand en andere eenvoudig te verwijderen materialen).
Art. 2. De verharding wordt, na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen, aangelegd door de technische dienst van de gemeente of door een aannemer aangesteld door het gemeentebestuur.
Art. 3. In geval van aanleg van verhardingen zonder voorafgaandelijke goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen zal het openbaar domein terug in haar oorspronkelijke toestand worden hersteld op kosten van de overtreder. Hiervoor wordt een vergoeding van € 75 per m² gerekend.
Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht hiervan proces-verbaal te laten opmaken en verdere juridische acties te ondernemen.
De overtreder kan evenwel een aanvraag tot regularisatie indienen. Om in aanmerking te komen voor regularisatie, dienen volgende voorwaarden te worden nageleefd:
- De werken zijn uitgevoerd volgens de regels van de kunst;
- De werken zijn dermate uitgevoerd dat de waterafvoer van de hoger gelegen eigendommen niet in het gedrang is gebracht;
- De nodige voorzieningen zijn getroffen opdat de bestaande nutsleidingen en andere
voorzieningen niet beschadigd worden.
- Indien de aanleg werd uitgevoerd in andere materialen dan de standaard klinkers (bv.
kiezelstenen, enz), dan dient deze strook volledig door de aanvrager en zijn opvolgers onderhouden te worden (onkruidvrij houden, bijvullen indien nodig , ...) alsook hersteld te worden indien – na noodzakelijke werken op openbaar domein – de strook het voorwerp heeft uitgemaakt van werken.
Het college van burgemeester en schepenen beslist of de voorwaarden al dan niet werden vervuld.
Art. 4. Per bouwperceel wordt slechts één oprit aangelegd met een maximale breedte van 4 meter. Indien uw oprit breder is dan 4 meter of u wenst een tweede oprit of de verplaatsing van een bestaande oprit, dan moet u een gemotiveerd verzoekschrift toevoegen.
Van de in het eerste lid beschreven afmetingen, kan uitzonderlijk worden afgeweken tot een maximale breedte van 6m, wanneer de oprit toegang verschaft tot twee of meer vergunde parkeerplaatsen en de toegang ertoe niet kan verzekerd worden met de maximaal toegestane breedte van 4 meter. Ingeval van personenwagens geldt deze afwijking slechts indien de afstand van de voorbouwlijn tot de rooilijn minder bedraagt dan 4 meter en de toegang haaks op de rijweg uitgeeft, mits rekening te houden met de
regels in verband met voortuinen
Art. 5. De aanvrager, de opvolgers en rechthebbenden zullen steeds de uitgevoerde werken in goede staat moeten onderhouden. Indien later om welke reden ook het college van burgemeester en schepenen het nodig acht dat de plaats in de oorspronkelijke staat moet worden hersteld, dan kan de aanvrager, zijn opvolgers of rechthebbenden daar geen vergoeding voor bekomen. De uitgevoerde werken hebben geen eigendomswijziging tot gevolg. Evenmin betekenen de werken dat de rooilijn wordt aangepast.
Art. 6. In geen geval verliest het openbaar domein waarop ten behoeve van een private persoon een verharding werd aangelegd, haar openbaar karakter. Dergelijke stroken kunnen nooit als private eigendom beschouwd worden en kunnen dan ook niet als privéparking worden ingenomen.
Art. 7. Voor de aanleg van een oprit wordt een retributie gevestigd van € 75 per m². Het tarief van € 75 wordt automatisch aangepast aan de index der consumptieprijzen (=algemene index) zodat de verhoging gelijk is aan de procentuele stijging van de index van de consumptieprijzen tussen december van het vorige kalenderjaar en december van het daaraan voorafgaande kalenderjaar.
Art. 8. De kosten voor het verplaatsen of verwijderen van inrichtingen op het openbaar domein (openbare verlichting, verkeerssignalisatie, straatmeubilair, groeninrichting, en andere) vallen volledig ten laste van de aanvrager. Dit wordt in het aanvraagformulier mee aangevraagd.
Art. 9. De retributie en de in artikel 8 vermelde kosten zijn verschuldigd door de aanvrager.
Art. 10. De materiaalkeuze berust steeds bij het gemeentebestuur. Standaard wordt een verharding in zwarte (antracietgrijze) betonklinkers voorzien.
Indien opritten aangelegd of heraangelegd worden in het kader van riolerings- en/of wegeniswerken, kan het college van burgemeester en schepenen een van dit reglement afwijkende regeling toepassen.
Art. 11. De uitvoering van de werken geschiedt pas na ontvangst van de verschuldigde retributie en/of de in artikel 8 vermelde kosten.
Art. 12. Indien een herstelling van een bestaande oprit noodzakelijk is als gevolg van verzakking, veroudering, private of openbare werken, ... dient dezelfde aanvraagprocedure gevolgd te worden als bij de aanvraag voor de aanleg van een nieuwe oprit. Is de schade veroorzaakt door de huidige eigenaar, dan zal hij instaan voor de betaling aan hetzelfde tarief van € 75/m². Indien de schade veroorzaakt werd door derden, dan worden geen kosten aangerekend aan de huidige eigenaar en zal de schade desgewenst recupereerd worden bij de verantwoordelijke.
Art. 13. Als bij verandering van eigenaar een oprit dient heraangelegd of verplaatst te worden, dient dezelfde aanvraagprocedure doorlopen te worden.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikelen 27,28,33,37,54 en 172 quinquies;
Gelet op het decreet van 18 april 2018 betreffende de leerlingenbegeleiding in het basisonderwijs, het secundair onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;
Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 21 december 1998 betreffende het uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs;
Overwegende de ministeriële omzendbrief van 21 juni 2017 betreffende samenstelling ondersteuningsnetwerken in het basis en secundair onderwijs ;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 8 februari 2002 betreffende informatie bij eerste inschrijving en schoolreglement;
Overwegende de aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 22 juni 2007 betreffende kostenbeheersing in het basisonderwijs;
Gelet op het advies van de schoolraad van 7 juni 2022,
Art. 1. Het bestaande schoolreglement gewoon basisonderwijs goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 29 juni 2021 op te heffen.
Art. 2. Het aangepast schoolreglement gewoon basisonderwijs goed te keuren en dit met ingang van 1 september 2022.
Art. 3. De meer specifieke regels en afspraken door het college van burgemeester en schepenen te laten opnemen in de infobrochure.
Art. 4. Het schoolreglement gewoon basisonderwijs en de infobrochure bij elke inschrijving van een leerling en nadien bij elke wijziging ter beschikking te stellen aan de ouders, die ondertekenen voor akkoord, hetzij op papier, hetzij via een elektronische drager.
Art. 5. Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de directie en het personeel van de gemeentelijke basisschool De Vlinderdreef en deze beslissing ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad,
Gelet op het decreet lokaal bestuur, inzonderheid artikel 56 §1 en de artikelen 342-384;
Gelet op het besluit van 25 april 2022 van de gemeenteraad van Lokeren houdende de principiële beslissing tot samenvoeging van de stad Lokeren en de gemeente Moerbeke;
Gelet op het besluit van 26 april 2022 van de gemeenteraad van Moerbeke houdende principiële beslissing tot samenvoeging van de stad Lokeren en de gemeente Moerbeke;
Overwegende dat het uitwerken van deze samenvoegingsoperatie een gecoördineerde aanpak en dus het opzetten van een projectstructuur vraagt;
Overwegende dat met het oog op de noodzakelijke continuïteit van de dienstverlening in beide besturen en gezien de alomvattendheid van deze samenvoegingsoperatie, de transitie structureel dient te worden aangepakt; dat om dit te verzekeren, vanuit de ervaringen van eerdere fusies wordt gekozen voor een drieledige projectstructuur met een stuurgroep, een projectgroep en meerdere werkgroepen;
Overwegende dat de stuurgroep bestaat uit de burgemeesters en algemeen directeurs van beide besturen, aangevuld met het afdelingshoofd stafdiensten van Lokeren; dat de stuurgroep de algemene voortgang van de transitie bewaakt en ook de federale aspecten van een samenvoeging van gemeenten opvolgt;
Overwegende dat de projectgroep bestaat uit een afvaardiging van beide colleges en de volledige managementteams van beide besturen; dat de projectgroep de werkgroepen aanstuurt, aanbevelingen en conclusies formuleert en rapporteert aan de colleges en gemeenteraden;
Overwegende dat per beleidsdomein een of meerdere werkgroepen worden opgericht onder voorzitterschap van een ambtelijk lid van de projectgroep; dat de werkgroepen bij voorkeur bestaan uit zowel ambtelijke vertegenwoordigers als de vakschepenen van beide besturen en voorstellen en adviezen formuleren aan de projectgroep over de integratie van beide besturen, elk voor wat hun beleidsdomein betreft;
Gelet op de toelichting gegeven door de burgemeester over de stand van zaken,
Art. 1. De burgemeester geeft een toelichting over de stand van zaken om de samenvoeging te realiseren van de stad Lokeren en de gemeente Moerbeke.
Art. 2.Deze beslissing bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen;
Gelet op het burgerlijk wetboek, artikelen 1582 t.e.m. 1701;
Gelet op de aanvraag van de echtgenoten Mertens – Deblander en De Clercq – Deschepper tot overname van de bedding van de oude waterloop 08.118 ter hoogte van perceelnummer 576C in de Melkerijstraat, eigendom van de gemeente Moerbeke;
Overwegende dat de erkenning van voormelde waterloop werd opgeheven volgens besluit van de Deputatie van 25 april 2002 en derhalve dus geen afwateringsfunctie meer heeft;
Gelet op het opmetingsplan gemaakt door landmeter Kristof Taillieu op 30 april 2021;
Overwegende dat de verwerving van de waterloop voor de aanvragers van groot belang is omdat door de verwerving het resterende deel van het perceel aldus een ‘volledig’ verkavelbare grond in woongebied wordt;
Overwegende dat de waterloop enkel voor voormelde kandidaten van waarde is; dat dit de verantwoording inhoudt voor de onderhandse verkoop;
Gelet op het schattingsverslag van 15 oktober 2021 van mevrouw Riet Cerpentier, beëdigd landmeter-expert, dat de waarde van de waterloop schat op € 10.237,00;
Gelet op het ontwerp van verkoopakte opgesteld door notariskantoor Roegiers & Tack, geassocieerde notarissen, Dorp 38 te 9185 Wachtebeke;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 281 van het decreet lokaal bestuur de voorzitter van de gemeenteraad tot ondertekening kan opdragen aan een of meer leden van de gemeenteraad;
Overwegende dat de bevoegdheid tot ondertekening van de akte op basis van voormeld artikel 281 kan overgedragen worden aan de burgemeester,
Art. 1. Het gemeenteraadsbesluit van 31 mei 2022 met betrekking tot de goedkeuring verkoopakte van een deel van overwelfde waterloop, expliciet in te trekken en te hernemen.
Art. 2. Het voorstel van verkoopakte, zoals opgemaakt door notariskantoor Roegiers & Tack, geassocieerde notarissen, Dorp 38 te 9185 Wachtebeke, voor het perceel, gelegen te Moerbeke-Waas, Melkerijstraat 29+, gekadastreerd volgens titel, sectie H, deel van nummer 576 C, en volgens huidige kadastrale bescheiden, sectie H, nummer 1181B P0000, met een oppervlakte volgens meting van 81,90 m² en volgens kadaster van 82 m, zijnde lot 2 van het metingsplan, tegen een prijs van € 10.237,00 goed te keuren.
Art. 3. De bevoegdheid tot ondertekening van de verkoopakte op basis van artikel 281 van het decreet lokaal bestuur over te dragen aan de burgemeester waardoor de verkoopakte wordt ondertekend door de burgemeester en de algemeen directeur.
Art. 4. Deze beslissing ter kennis te brengen van de financieel directeur en van het notariskantoor en bekend te maken op de webtoepassing en ter kennis te brengen van de toezichthoudende overheid via de overzichtslijst zoals bedoeld bij decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Namens Gemeenteraad,
Karin Van de Sompel
Algemeen directeur
Peter De Bock
Voorzitter